donderdag 1 juli 2010

Broertje lief (deel 1)

Het is nu juli en mijn blog bestaat nu al meer dan een maand en dat betekend dus dat het de hoogste tijd is om er iets nieuws aan toe voegen. Ik schrijf zelf naast blogjes ook verhalen en heb vele vrienden die ook verhalen schrijven (om maar eens wat op te noemen: Eetha, Gisele, Alice, William en Nick*(ja, weer een jongensnaam voor een MEISJE)) dus ik ga elke maand een verhaal plaatsen van een van hun. Als ze erg lang zijn doe ik het in delen en als het nog wel mee valt in één keer. Maar voor het goede voorbeeld zal ik zelf het spits afbijten. Geniet de komende drie dagen maar van mijn schrijfkunsten:

Broertje lief
‘Verrader!’ riep ik verontwaardig tegen Vigor. Na jaren trouw te zijn geweest aan de stam keerde hij zonder maar een seconde na te denken ons zijn rug toe om met de vijand samen te zweren en bij hun te gaan leven.
‘Je moet niet geloven dat iedereen in zijn geboorte stam blijft. Als ik zie dat mijn stam dreigt te mislukken en ze de touwtjes steeds te kort houden van hun krijgers, dan ga ik naar de overwinnaars.’ Was het enige wat uit Vigor zijn vuil lachende mond kwam die dag.
Toen de woorden mijn oren binnen kwamen ging ik haast over mijn nek. Dit kon mijn broer gewoon niet zijn, het klonk zo anders dan mijn lieve broertje van vroeger. Ik wist dat ik het eigenlijk niet moest doen, maar ik walgde zo van mijn broer dat ik ging rennen. Ik rende weg, weg van Vigor. Toen ik al ver van Vigor weg het moeras in gerend was hoorde in zijn kwade lach nog steeds. De lach zorgde voor mijn instorten. Ik greep nog net op tijd de dichtstbijzijnde boom vast en ik keek om me heen. Alles wat ik zag was dubbel en mijn benen begonnen te trillen. Na een paar seconden hielden mijn benen het al niet meer en ik zakte er door heen. Ik viel op de grond neer en de tranen die net achter mijn ogen prikten rolden nu langs mijn wangen. Nooit had ik geweten dat de overstap van mijn broer zo veel emoties op zou roepen. Toen Vigor een paar weken geleden naar de Jezen was gegaan dacht ik altijd dat het niet zo erg was. Hij zou wel snel bij draaien en terug komen, en ook al deed hij dat niet dan was het alsnog zijn keuze, en de Jezen waren niet zo’n hele grote bedreiging. Zo erg was het toch niet? Maar dat was wel een hele verkeerde gedachten van mij. Vigor bleek wel een hele goede aanwinst voor de Jezen te zijn en hij had zelfs al verschillende krijgers van onze stam vermoord. Ik kon dat haast niet geloven! Hij, die ooit een Mesecane was geweest had simpelweg zes van zijn vroegere vrienden vermoord. Nu had de Mesec wel zijn beste krijgers op Vigor en anderen Jezen af gestuurd maar dat zou betekenen dat ze hem zouden vermoorden, en dat wilde ik ook weer niet.
Ik leek wat te zijn bekomen van de schrik en ik stond op van de grond. Ik klopte de vieze aarde van het moeras, zover het eraf ging, van mijn broek en liep dieper het moeras in. Toen het moeras meer ging veranderen in een bos hoorde ik het vrolijke gezang van de stam. Vannacht vierde de stam het feest van de strijder Phargola die in de mythes de draak ,die het moeras wilde verwoesten, had overwonnen. Ik wist nou al dat dit een lange nacht werd en dat er weinig geslapen zou worden. Ik zag de koppies van de kinderen weer voor me van anderen feesten, ze waren dan zo verwonderd van wat er gebeurde maar je zag de oogjes wel op half zeven staan.
Toen ik het dorp van de stam benaderende en de hutten zag ging ik harder lopen. Ik moest mijn leermeester vinden. Ik liep door het hele dorp heen en kwam uiteindelijk bij het middelpunt terecht waar het feest werd gevierd. Je zag mensen in hun feestkleding en alle krijgers liepen in hun gevechtspak. En ik stond daar, in mijn vuile trainingskleding. Ik voelde me er vreemd genoeg niet bij horen, zij waren zo vrolijk en ik was zo verward. Ik keek door de mensen heen, ik moest me nu focussen om Darkoura, mijn leermeester te vinden. Ik keek door de menigte heen en bekeek iedere krijger. Na een tijdje herkende ik hem en hield het niet meer. Het maakte me niet meer uit hoe ik eruit zag en ik rende zo hard als ik kon op Darkoura af. Toen ik voor hem stond keek Darkoura me even vreemd aan, maar uiteindelijk deed hij alsof hij mijn verwarde gezicht niet zag.
‘Gaya, waar was je? We hebben je overal gezocht. Je bent veel te laat, je moet zo met ons het eerste uur van de dag beginnen. Iedereen wil de eerste en enige vrouwelijke krijger zien.’
Ik verbaasde me erom dat het Darkoura alleen hier om draaide. Zag hij niet dat ik instorten stond? En dan was zo’n domme viering het belangrijkste. ‘Darkoura, er is net iets verschrikkelijks gebeurt. Ik moet echt even met je praten. Ik heb nieuws over Vigor,’ riep ik bijna wanhopig uit. Snapte hij dan niks?
Dat deed hem blijkbaar wel wat want opeens veranderde de hele blik van Darkoura naar een zorgelijke blik.
WORDT VERVOLGD!!!!
*Nick heet natuurlijk helemaal geen Nick maar je weet natuurlijk wel wat ik nu allemaal wil gaan zeggen, dus zeg ik het niet

Geen opmerkingen:

Een reactie posten